“Ik weet nog heel goed dat een deelneemster die naast mij zat heel confronterend aangaf dat ze zich niet veilig voelde. Dat had iets met mij te maken. Ik was me van geen kwaad bewust.”
“Tot ze begon te vertellen waar het over ging. En het had iets te maken met dat als je jezelf als mens niet laat zien en de ander wel; dan ben je niet onderdeel van het mens zijn in de groep. En dat creëert onveiligheid bij anderen.” “In hoeverre laat je jezelf zien, in plaats van dat je de toeschouwer bent?
Wanneer laat je jezelf als mens zien? Dat je ook dingen niet weet. Dat je ook twijfels hebt. Dat je soms ook verdriet hebt over dingen. Dat je ook soms wanhopig kunt zijn.” ”De setting van zo’n groep maakt dat je gedwongen wordt om jezelf zichtbaar te maken.”
Roderik Rot over zijn ervaringen in de Masterclass Persoonlijk Leiderschap bij Sporen.
Over hoe de confrontatie met een andere deelnemer hem wakker schudde. Over wat hij leerde over lidmaatschap. En over wat het deelnemen in een groep hem daarin heeft gebracht.
Velen van ons zijn gemakkelijker toeschouwer dan deelnemer. Op veilige afstand beschouwen we en we zijn niet vol aanwezig in het contact met anderen. Die veilige afstand maakt het voor de ander vaak onbedoeld onveilig.
We steken niet meer eerlijk over. Het is te spannend om kwetsbaar, openhartig of feilbaar te zijn in contact met anderen. We trekken ons van binnen terug, ook al blijven we fysiek aanwezig.
Mensen die deze terugtrekkende beweging goed kennen, zijn soms geneigd om groepen te mijden. Zo hoor ik dat ook regelmatig in oriëntatiegesprekken die ik voer. “Ik moet er niet aan denken om dit in een groep te delen.” Maar juist als echt tevoorschijn komen niet zo makkelijk voor je is, valt er het meeste te leren in een groep.
Opnieuw leren om je te tonen met je hele hebben en houwen levert je meer verdieping, intimiteit (niet te verwarren met seksualiteit) en hechting op in het contact met anderen. En om dat te oefenen heb je één ding hard nodig: anderen.